Waarom het thema “energietransitie”?
In hoog tempo verstoken we de fossiele brandstoffen die in vele miljoenen jaren zijn gevormd. Daardoor raken de fossiele brandstoffen uitgeput en stoten we schrikbarend veel kooldioxide uit. Dit laatste leidt tot een levensbedreigende klimaatverandering. Dit is met stip het grootste probleem, maar laten we beginnen bij de economische gevolgen van de snelle uitputting van de fossiele brandstoffen. Daar draait de motor van de huidige economie immers op.
Fossiele energie veroorzaakt veel problemen
De makkelijk te winnen olie raakt langzaam op. Maar met kunst- en vliegwerk wordt de productie (het winnen van brandstoffen uit de aarde) van fossiele brandstoffen op peil gehouden: we halen olie uit de diepzee en filteren het uit teerzanden en we kraken olie en gas uit schalielagen. Dit zijn zeer complexe manieren om fossiele brandstoffen te winnen, het kost geld én brengt veel schade toe aan de Aarde. Oliemaatschappijen raken in de problemen omdat ze gigantische investeringen moeten doen. En straks kan de samenleving de omschakeling naar duurzaam amper nog betalen omdat de huidige energievraag aan fossiele brandstoffen steeds duurder wordt. Omdat de productie veel duurder wordt, zal ook de prijs van eindproducten, met wat schommelingen, steeds verder stijgen. Daar komt nog bij dat de winning steeds meer energie vergt met nog meer CO2-uitstoot als gevolg. Europa is bovendien sterk afhankelijk van de import van energie. Dat maakt onze Europese economieën uitermate kwetsbaar. Een goed voorbeeld daarvan is de spanning met Rusland waarvan we wat betreft de import van gas nu nog sterk afhankelijk zijn. Door dit alles is een snelle transitie naar duurzame energie wenselijk en noodzakelijk.
De CO2-uitstoot die met winning en gebruik van fossiele brandstoffen gepaard gaat, is de belangrijkste oorzaak van het broeikaseffect. Willen we de gemiddelde mondiale temperatuurstijging onder de 2ºC houden, dan moet die CO2-uitstoot in twintig tot dertig jaar stoppen, terwijl de mondiale trend van de CO2-uitstoot eerder naar een 4ºC opwarming leidt. We zitten op het verkeerde spoor. Als we binnen het 2ºC scenario willen blijven, zal 60% tot 80% van de huidige fossiele reserves van de energiebedrijven onbenut moeten blijven. Dat is een harde waarheid voor een oliebedrijf dat grote investeringen doet. Maar hoe langer we wachten, des te groter zijn de problemen om later die teruggang nog te kunnen organiseren. Overheid en pensioenfondsen moeten zich terugtrekken uit deze sector.
In Nederland is de ecologische voetafdruk (zie ook punt 5) 3,5 keer zo groot als ecologisch verantwoord is. De helft van die voetafdruk komt door het gebruik van fossiele brandstoffen en die is een van de hoogste in Europa. Dat zal dus snel moeten dalen. Om die daling te bereiken is een economie nodig die niet van groei afhankelijk is, die niet meer investeert in de fossiele energiebedrijven. Een economie waarin energiebesparing de eerste prioriteit wordt en de een omslag naar hernieuwbare energie op volle snelheid wordt ingezet.
Het kan ook anders
Koplopers lokale energieopwekking
Dat vereist bewustwording en gedragsverandering in alle lagen van de samenleving en leiderschap bij de politiek. Wat betreft die gedragsverandering gaat het om een breed scala aan maatregelen die burgers kunnen nemen: energiebesparing in huis, schoner vervoer door meer (elektrisch) te fietsen en minder te vliegen en om een meer biologisch dieet met minder zuivel en vlees. Alleen al de manier waarop we ons vervoeren en voeden draagt al meer dan 50% bij aan de CO2-uitstoot van burgers. Die milieuvriendelijke en gezondere leefstijl, die ook op andere gebieden dan energie veel duurzamer is, zou via landelijk en gemeentelijk beleid ondersteund moeten worden. Dit kan lokaal ook gestimuleerd worden door betrokkenheid van o.a. milieuorganisaties, burger- en consumentenorganisaties, lokale energie- en klimaatorganisaties en de transitiebeweging in Nederland. Koplopers voor lokale energieopwekking zijn burgerinitiatieven die zich organiseren in energiecoöperaties.
Het SER Energieakkoord is als eerste aanzet voor een brede aanpak een goede start gewest. Er is echter veel meer nodig dan een kabinetsdoelstelling van 20% energiebesparing en 14% hernieuwbare energie in 2020. Bovendien halen we die doelstelling zeer waarschijnlijk niet, in 2018 zitten we op slechts 4%! Aanvullende Europese en Nederlandse regelgeving is nodig om over twintig jaar te bereiken dat Nederland energie-neutraal wordt, zoals:
- Meer belasting op fossiele brandstoffen en CO2-emissies, plus afschaffing van subsidies op fossiele brandstoffen;
- Aanscherping van de Europese doelstellingen voor energiebesparing en hernieuwbare energie voor 2030;
- Het verbieden van verdere investeringen in het zoeken naar nieuwe fossiele energiebronnen en stimuleren dat die investeringen verschuiven naar duurzame energiebronnen.
Het draagvlak zal zeker worden vergroot als duidelijk wordt dat deze energietransitie in Nederland honderdduizenden en in Europa miljoenen banen zal opleveren.
Wat je niet gebruikt, hoef je ook niet op te wekken
In zijn intreerede in 2011 gaf professor Ad van Wijk al aan dat er eigenlijk geen sprake is van een energietekort. Zijn observatie is dat we ruwweg 98% van onze energie verspillen. Veel apparaten staan ongebruikt aan, verbruiken meer energie dan nodig of we hanteren inefficiënte processen. Een tot de verbeelding sprekend voorbeeld is “de elektrische deurbel”.
Een deurbel wordt heel weinig gebruikt, stel dat de deurbel in totaal 1 uur per jaar ingedrukt is. De rest van het jaar staat er een transformator aan die altijd een klein beetje energie gebruikt, zo’n 5-10 Watt. In een jaar is dat zo’n 50 kWh. De energie efficiency is veel lager dan 1%. Nu lijkt dit niet veel, maar in de EU hebben we naar schatting 200 miljoen deurbellen, die gezamenlijk 10 miljard kWh per jaar gebruiken. Dit betekent dat 2 grote kolencentrales van 600 MW altijd aan staan om de elektriciteit voor onze deurbellen te produceren. Er zijn naast deurbellen eindeloos veel apparaten die veel meer energie verspillen dan nodig. Economisch gezien is dit een merkwaardige situatie: er zijn weinig goede argumenten voor het verspillen van energie, zeker als de investering om het te voorkomen gering is.
Een rechtszaak
De situatie is kortom dringend. Tijd dus dat onze overheid ingrijpende maatregelen neemt. We kunnen dit op een aantal manieren aanjagen: door ons stemgedrag bij verkiezingen, door te protesteren en petities te tekenen, door zelf – of met anderen – stappen te zetten, of door de overheid te dwingen middels een rechtszaak.
Voorbeelden in de praktijk

De klimaatzaak
De Klimaatzaak van Urgenda is een inmiddels internationaal bekende zaak over het verminderen van de uitstoot van broeikasgassen in 2020 met 25% ten opzichte van 1990. De Klimaatzaak is door Urgenda samen met 900 mede-eisers, in 2015 bij de Rechtbank gewonnen en in 2018 in Hoger Beroep bevestigd. Daarna is de Nederlandse Staat alsnog in cassatie gegaan. De zitting voor de Hoge Raad vond plaats op 24 mei 2019. De uitspraak volgde op 20 december 2019 en het vonnis werd definitief: De overheid moet in 2020 25% minder broeikasgassen uitstoten dan in 1990.

Drawdown
Een boek met de 100 meest effectieve oplossingen om klimaatontwrichting te keren, gebaseerd op nauwgezet onderzoekswerk door vooraanstaande wetenschappers en beleidsmakers van over de hele wereld.
De grote kracht van dit boek is dat internationale samenwerking van vooraanstaande onderzoekers, professionals en wetenschappers komt met 100 realistische oplossingen tegen klimaatverandering. Ze zijn zeer grondig te werk gegaan en men heeft berekend welke investeringen deze oplossingen vergen, welke rendementen ze opleveren en uiteraard hoeveel ze kunnen bijdragen aan het tegengaan van alle problemen.
Deze organisaties zijn actief met dit thema

Urgenda, een samentrekking van Urgente Agenda, is in 2007 opgericht door Jan Rotmans en Marjan Minnesma vanuit de Erasmus Universiteit Rotterdam en DRIFT, het Dutch Research Institute for Transitions. Als zelfstandige stichting streeft Urgenda naar een circulaire economie die draait op duurzame energie en groene grondstoffen.

Platform DSE (Duurzame en Solidaire Economie) zet zich in voor een rechtvaardige en dienstbare economie die in balans is met het natuurlijk vermogen van de Aarde. Vanuit een mondiale invalshoek richt het platform zich op de Nederlandse economie en samenleving.

Our New Economy (ONE) wil een economie die goede levens voor alle mensen binnen de ecologische grenzen van de Aarde realiseert. Om dit te bereiken ontwikkelt ONE met denkers en ondernemers theorieën en praktijken die aantonen dat het echt anders kan.

De visie van Milieudefensie:
Er is maar 1 aarde. Daar zijn we allemaal van afhankelijk. De miljarden mensen die nu leven en de generaties die na ons komen. Daarom moeten we zuinig zijn op die ene aarde. En de rijkdommen van de aarde eerlijk delen met alle mensen. Niet alleen de mensen die nu leven, maar ook de mensen die nog geboren moeten worden.

Thema energietransitie in 2015
In 2015 schreef Dick Biesta van het platformDSE de tekst voor dit thema.