Waarom het thema “meten van welvaart”?
Velen staren zich nog blind op de groei van het Bruto Binnenlands Product (BBP) als dé indicator van vooruitgang. Vele jaren was daar al kritiek op en werd vanuit het Platform Duurzame en Solidaire Economie (PDSE) en De Grote Transitie van alles geprobeerd er een dashboard voor in de plaats te krijgen. Sinds mei 2017 zijn we eindelijk een stapje verder; de eerste ‘Monitor Brede Welvaart’ kwam uit, via een tijdelijke commissie van de Tweede Kamer. En er werd zelfs een Kamerdebat aan gewijd. Maar de ernstige knelpunten die onze samenleving veroorzaakt voor landen elders op Aarde, en ook voor onze (klein)kinderen en volgende generaties, worden nog nauwelijks aangepakt.
Het BBP deugt niet
De groei van het BBP is een zeer misleidende manier van meten, onder meer omdat de financiële gevolgen van allerlei schades zelfs positief worden meegeteld. Zo groeit het BBP bijvoorbeeld door branden en verkeersongelukken, door het schoonmaken van verontreinigd water, door verwoestende overstromingen, stormen, droogte of te veel regenval waardoor hele oogsten mislukken. Ook de waarde van opvoeding, huishoudelijke werk en ander vrijwilligerswerk tellen in het BBP niet mee. Maar als we een zachte winter hebben, dan daalt het BBP omdat we maar weinig gas hebben verstookt…
Desondanks blijven veel politici nog hardnekkig vasthouden aan de groei van het BBP als het instrument voor het meten van meer welvaart. Onveranderd staat dit BBP aan de basis van vrijwel al het nationale en Europese beleid. Het motto is helaas nog steeds: hoe meer groei, hoe beter! Het maakt blijkbaar niet uit waar die groei vandaan komt. Onder economen kent de discussie meer nuance. Toch maakt ook de discussie na de kritiek van Kate Raworth met haar boek Doughnut Economics duidelijk dat veel economen het groei-dogma nog altijd centraal stellen.
Het kan ook anders
Voor het werken aan een duurzame en solidaire economie is een dashboard met meer en betere indicatoren hard nodig. Het Platform DSE maakte er in het verleden enkele publicaties over: Brochure ‘Beter meten van welvaart en welzijn (2012) en Macro-Economische Verkenningen Plus (MEV+) (2013).
Er zijn de laatste decennia diverse nieuwe indicatoren ontwikkeld, zoals bijvoorbeeld:
- de Human Development Index (HDI) – www.undp.org,
- de Index of Sustainable Economic Welfare (ISEW) – www.ivm.vu.nl,
- de Happy Planet Index (HPI) – www.neweconomics.org en
- de mondiale Ecological Footprint (EF) – www.footprintnetwork.org.
Met de EF kun je cruciale aspecten van duurzaamheid en van de mondiale verdeling meten. Je kunt er (fossiel) energie- en ruimtegebruik van landen, steden en personen mee vergelijken. Bovendien kunnen bedrijven en instellingen er goed mee uit de voeten om producten en diensten te meten. Analoog aan de Ecological Footprint werd ook de Water Footprint (WF) – www.waterfootprint.org ontwikkeld, waarmee de liters watergebruik in de hele keten worden gemeten. In dit verband zijn ook initiatieven als Drinkable Rivers het vermelden waard als creatieve ideeën voor nieuwe indicatoren.
Climate- en Footprint Justice
Deze indexen en indicatoren kunnen behulpzaam zijn bij het vaststellen van effectief beleid dat gericht is op een duurzame en solidaire economie, zowel (inter)nationaal als lokaal. Dan praten we dus over de economie in de ware betekenis, namelijk ons hele maatschappelijke huishouden. En dus niet alleen over de geld-economie. Dan blijkt bijvoorbeeld dat de monitoring van de wereldwijde voorraden aan hulpbronnen en de verdeling daarvan cruciale zaken zijn. Door de snelle groei van de wereldbevolking én van de wereldconsumptie is het een kwestie van mensenrechten geworden.
Hoe gaan we om met het recht op een Eerlijk Aarde-aandeel (Fair Earth Share) nu de tekorten aan diverse grondstoffen en goede landbouwgrond groeien? En we moeten ook samen de uitstoot van de gevaarlijke klimaatgassen drastisch beperken. We zullen dat juridisch goed moeten regelen, via Climate Justice en Footprint Justice, zodat de pijn zo eerlijk mogelijk wordt verdeeld. De veroorzakers van tekorten en vervuiling zullen ook juridisch aangepakt moeten worden. Denk hierbij aan de klimaatzaak.
Het goede voorbeeld: de MEV+
In diverse landen werkt men nu met een set van meer indicatoren. De EU startte in 2007 het grote project ‘Beyond GDP’ om duidelijk te maken dat we echt meer moeten meten dan het BBP. Vele landen gingen ermee aan de slag. Ook Nederland heeft nu dus een begin gemaakt door meer indicatoren te gaan gebruiken. Maar die zijn in een apart rapport gestopt, die Monitor Brede Welvaart. Vooralsnog wordt echter voor het ‘economisch beleid’ door het CPB nog jaarlijks de Macro Economische Verkenning (MEV) uitgebracht, die op de Derde Dinsdag in september wordt gepresenteerd. Die MEV beschrijft alleen de stand van zaken van de financiële economie. Maar het is nu juist zo belangrijk die stand van zaken ook af te meten aan de sociale en ecologische gevolgen van die financiële economie, nationaal en internationaal. Zo kunnen we pas echt afkomen van die eenzijdige fixatie op de groei en het BBP. Als voorbeeld en ter inspiratie heeft het PDSE al in 2013 een MEV mét de dashboard-benadering gepubliceerd, de ‘MEV+’, en destijds ook aangeboden aan de Tweede Kamer.
Brede Welvaart Stappenplan
Met de ‘Monitor Brede Welvaart’ is een goede eerste stap gezet. We zullen echter naar integratie moeten van diverse indicatoren in één dashboard voor onze gezamenlijke huishoud-economie, dus samen in één rapport, zoals in de ‘MEV+’. Dan kan daar de discussie over gevoerd worden. Maar ook dan zijn we er natuurlijk nog niet. Want met data en grafieken alleen verandert er nog niets. De volgende cruciale stap is de follow up: analyses maken en dan beleid en instrumenten ontwikkelen die zorgen voor de verbetering van de situatie die uit alle gegevens naar voren komt. Daar is een vervolg-rapport voor nodig met zoveel mogelijke aanbevelingen en concrete stappen. We zouden dat een ‘Brede Welvaart Stappenplan’ kunnen noemen. De publicaties over de Dunut-economie van Kate Raworth en het boek ‘Ware Winst’ van Christian Felber over Economy of the Common Good gaan daar inmiddels informatie en inspiratie voor bieden.
Voorbeelden in de praktijk
Drinkable Rivers
Nog niet zo lang geleden waren de meeste van onze rivieren drinkbaar. Nu, bijna geen een meer. Wanneer we weer drinkbare rivieren zullen hebben, betekent dit dat het stroomgebied, en al het natuurlijke leven daarin, gezond en in balans is. Wij zijn van mening dat drinkbare rivieren kunnen worden gebruikt als een kompas voor samenlevingen, als vervanging van onze huidige focus op economische groei. Om dit te bereiken, mobiliseert Drinkable Rivers mensen in stroomgebieden om voor hun rivieren te zorgen.
Amsterdam City Doughnut
De Amsterdam City Donut is bedoeld als stimulans voor samenwerking tussen afdelingen binnen de stad, en voor het verbinden van een breed netwerk van stadsactoren in een iteratief veranderingsproces. Dit document illustreert enkele van de vele benaderingen om de tool in de praktijk te brengen, zoals het creëren van een stad ‘zelf- portret ‘, en verdieping van betrokkenheid bij belangrijke stadsinitiatieven zoals de Circulaire Roadmap 2020-25 van Amsterdam en de Roadmap to Climate Neutrality 2050. De stad staat bekend om haar Amsterdamse aanpak die buurtinitiatieven, startups en het maatschappelijk middenveld verbindt met de gevestigde instellingen van overheid, bedrijfsleven en kennisinstellingen. Bovendien herbergt de stad een dynamisch netwerk van changemakers die het Doughnut-geïnspireerd denken al gebruiken om systemische verandering te stimuleren.
Gemene Goed Economie in de praktijk
Deze beweging beschrijft regelmatig succesvolle voorbeelden van gemeenten, bedrijven en organisaties die aan de slag gaan met het anders meten van welzijn en vooruitgang.
Deze organisaties zijn actief met dit thema
Platform DSE (Duurzame en Solidaire Economie) zet zich in voor een rechtvaardige en dienstbare economie die in balans is met het natuurlijk vermogen van de Aarde. Vanuit een mondiale invalshoek richt het platform zich op de Nederlandse economie en samenleving.
Gemene Goed Economie Nederland werkt aan een economie en een samenleving die meer welzijn brengen voor iedereen in plaats van alleen maar voor een kleine groep.
Werkgroep Voetafdruk Nederland geeft informatie over de Mondiale Voetafdruk en de beperkte Biocapaciteit van de Aarde.
Our New Economy (ONE) wil een economie die goede levens voor alle mensen binnen de ecologische grenzen van de Aarde realiseert. Om dit te bereiken ontwikkelt ONE met denkers en ondernemers theorieën en praktijken die aantonen dat het echt anders kan.
Oxfam Novib pakt het onrecht dat armoede veroorzaakt en in stand houdt van alle kanten aan, met projecten, publiekscampagnes, onderzoek en politieke druk.
Thema meten van welvaart in 2015
In 2015 schreef Jan Juffermans van het platformDSE de tekst voor dit thema.